FETO behandeling noodzakelijk… en nu?
Je bent in verwachting van een kind met een aangeboren open middenrif (CHD) en hebt het advies gekregen om een FETO behandeling te laten plaatsvinden. Een spannende tijd breekt aan. Er komt veel op jullie af en er worden belangrijke beslissingen van jullie verwacht. Alle vragen moeten gesteld kunnen worden en patiëntenvereniging PlatformCHD is er om jullie hierbij te steunen.
Wat is FETO?
Foetoscopische Endoluminele Tracheale Occlusie (FETO) is een behandeling voor Congenitale Hernia Diafragmatica (CHD). De FETO behandeling vindt plaats in de baarmoeder op het nog ongeboren kind met CHD. Tijdens de FETO behandeling wordt de luchtpijp van de baby vóór de geboorte tijdelijk afgesloten met behulp van een kleine ballon. Deze ballon zorgt ervoor dat de longen het vocht dat ze produceren tijdelijk niet kwijt kunnen. Hierdoor ontstaat er een verhoogde druk in de longen, wat ervoor zorgt dat de longen zich beter ontwikkelen.
Waarom is FETO belangrijk en wat zijn de complicaties?
FETO is een wetenschappelijk bewezen therapie voor ongeboren baby’s met CHD met een slechte tot een zeer slechte prognose. In die gevallen kan FETO een verbetering van de overleving bewerkstelligen van 15 % tot 40 %.
De belangrijkste complicatie die kan optreden is een vroeggeboorte (vroeger dan 37w zwangerschapsduur). Dit is een ernstige complicatie aangezien uw kind dan met onvolgroeide longen ter wereld komt. Dit komt voor bij ongeveer bij 75% in de groep die FETO heeft gehad ten opzichte van 29% bij de groep zonder FETO. De gemiddelde zwangerschapsduur bij bevallen is ongeveer 35 weken na FETO.
Over de noodzaak en de risico’s van FETO wordt u door uw arts geïnformeerd.
De behandeling
De FETO behandeling bestaat uit 2 verschillende operaties: de plaatsing van de ballon en de verwijdering van de ballon. De ballon wordt geplaatst tussen 27 en 29 weken zwangerschap, en tussen 34 en 35 weken wordt de ballon via een soortgelijke operatie weer verwijderd. In de tussentijd is het belangrijk om dicht bij het ziekenhuis te verblijven dat de ballon geplaatst heeft om direct te kunnen ingrijpen mocht je eerder dreigen te bevallen.
Op de dag van de plaatsing van de ballon (FETO) word je opgenomen op de afdeling Verloskunde. De gynaecoloog geeft je de benodigde informatie wat betreft de opname en behandeling. Op de afdeling vindt een opnamegesprek plaats met zowel de anesthesist als een verpleegkundige. Soms ook met een medisch maatschappelijk werker.. Daarnaast wordt er een echo gemaakt om de ligging van de foetus te bepalen.
Tijdens de behandeling
De plaatsing van de ballon vindt meestal plaats onder een lokale verdoving. Ook het kind krijgt een beetje medicatie om te zorgen dat het geen ongemak ondervindt en stil blijft liggen. Tijdens de operatie wordt een klein buisje (3 mm) tot in de baarmoeder ingebracht. De chirurg gebruikt hiervoor echografie om de juiste positie te bepalen. Via dit buisje wordt een kleine camera (foetoscoop) ingebracht. De chirurg kan hiermee de binnenkant van de baarmoeder en het kind zien. Met de camera gaat hij of zij op zoek naar de mond van het kind en vervolgens ook de luchtpijp van het kind. Net boven de vertakking van de luchtpijp naar de 2 longen wordt de ballon geplaatst en opgeblazen. Hierna verwijdert de chirurg alle instrumenten en sluit de huid met een enkele hechting.
Na de behandeling
Na de plaatsing van de ballon word je teruggebracht naar de afdeling Verloskunde. De ochtend na de ingreep kun je weer naar huis. Na ontslag zul je gedurende de periode dat de ballon ter plaatse is in de buurt van het ziekenhuis moeten verblijven. Dit is belangrijk omdat bij een eventuele vroeggeboorte snel moet worden ingegrepen om de ballon te verwijderen, zodat de baby goed kan ademen. Tussen 34 en 35 weken wordt de ballon verwijderd.
De bevalling
Als het mogelijk is, kun je vaginaal bevallen. Na de geboorte wordt de baby gestabiliseerd op de neonatale intensive care en vindt een operatie plaats om de middenrifbreuk te sluiten als de baby stabiel genoeg is.
Als de bevalling op gang komt terwijl de ballon nog in de luchtpijp van het kind zit, is het belangrijk deze met spoed te verwijderen. Dit gebeurt middels een keizersnede waar men de bloedvoorziening naar het kind via de navelstreng intact laat totdat de ballon verwijderd is. Zo krijgt het kind voldoende zuurstof en heeft de arts tijd om de luchtweg van het kind vrij te maken.
Soms lukt het niet meer om de baby via een keizersnede geboren te laten worden omdat de bevalling al te ver op gang is. In dat geval wordt het kind vaginaal geboren en wordt de ballon na de bevalling onmiddellijk verwijderd.